Sandalen en andere ongemakken
Ga nooit met mij wandelen. Zeg gewoon vriendelijk en beleefd: `Ga maar lekker alleen, jongen.’ Het aan u beloofde wandelingetje van zes kilometer, wordt minstens het dubbele, soms zelfs wel vijftien kilometer. Zo besloot ik om van S naar een terras te lopen in B. U loopt misschien naar een museum of een ander toeristisch hoogtepunt, ik loop naar een terras en daar heb ik mijn eigen particuliere redenen voor.
Ik wist dat de wandeling dit keer niet door mooie landschapjes zou voeren. Dat bespaart u het lezen van saaie landschapsbeschrijvingen. Ik besloot de spoorlijn naar B te volgen, totdat ik mij realiseerde dat de spoorlijn niet het strand volgde, maar afboog naar het binnenland. Het was dus zaak om het spoor te verlaten bij de eerste gelegenheid die zich aandiende. Ondertussen passeerde ik een chemische industrie en kwam terecht in een uitgestrekt landbouwgebied. Auto’s zoefden langs mij heen op smalle binnenwegen. Ook kwam mij een echtpaar tegemoet op een tandem, de man voorop, hij genoot. Achter zijn rug zat zijn vrouw ontevreden te kijken. Daarom wandel ik graag alleen, maar dit terzijde. Wandelaars kwam ik niet tegen, ja toch, een vrouw met een hondje. Zou zij zo ver met dat hondje wandelen of woonde zij hier? Niets wees op enige bewoning. Tot overmaat van ramp begon het ook nog te regenen. Zou dat die één tiende millimeter neerslag zijn, die al weken van tevoren voorspeld was? Schuilen kon ik nergens, ik zou weer eens drijfnat worden. Maar het viel mee, alleen op mijn brillenglazen zaten een paar spetters. Dat was alles, de zon begon weer onbarmhartig te schijnen.
In de verte zag ik de flats langs het strand van het nieuwe gedeelte van B. Daar moest ik naar toe, om van daar uit naar het oude gedeelte van B te lopen, nog eens drie kilometer. Het vervelende was echter dat ik die flats wel zag, maar dat ze niet dichterbij leken te komen. Toch kwam ik steeds dichter bij het strand, dat merkte ik doordat de geasfalteerde wegen overgingen in zandpaden. Lekker luchtig die sandalen aan mijn voeten, maar wel vervelend dat scherpe kiezeltjes tussen het zand, door mijn voeten geschept werden. Waarna ze hinderlijk en pijnlijk onder mijn voeten gingen zitten. Na door en langs eindeloos lijkende campings te lopen, bereikte ik de boulevard in het nieuwe gedeelte van B.
Nu was het slechts een peulenschil voor ik mijn terras bereikte, waar ik deze woorden opschrijf. Links van mij het haventje, rechts de rots die op honderd meter in zee ligt. Achter mij het voortrazende verkeer. Voor mij een halve liter bier en een promenade waar ik nu de voorbijlopende vakantiegangers ga bekijken. Ondertussen heb ik al lang besloten om terug te reizen per bus en trein.
Martin Wings
Maak jouw eigen website met JouwWeb